Het staat vast, van diesel en benzine moeten we af. Want fossiele brandstoffen zoals aardolie, de grondstof voor benzine en diesel, zijn dé oorzaak van de klimaatverstoring. We weten ook dat de uitlaatgassen van verbrandingsmotoren slecht zijn voor onze gezondheid.

Er zijn nog meer problemen: de winning en het transport van ruwe olie veroorzaken enorme vervuiling. Eén sprekend voorbeeld maar: na de ontploffing in 2010 van het olieboorplatform Deepwater Horizon voor de kust van de Verenigde Staten vloeide naar schatting 600 miljoen liter olie in de oceaan. Honderden kilometers kust raakten vervuild en ook in zee en op de zeebodem is de verontreiniging groot. Dat heeft nu nog altijd gevolgen voor de vissen en het andere zeeleven. Kijk maar eens naar dit korte filmpje op VRTNWS, 15 jaar na de ramp:

Maar kunnen we afkicken van onze verslaving aan benzine en diesel en toch nog met de auto rijden? Ja hoor, want er is een alternatief: we kunnen rijden met schone elektriciteit.

Wie mag gebruikmaken van een bedrijfswagen of van een salariswagen is om fiscale redenen vaak al overgeschakeld en ervaart elke dag hoe geweldig elektrisch rijden is.

Maar particulieren zijn soms onzeker en aarzelen. Dat heeft te maken met de hogere aankoopprijs van een elektrische auto. Nochtans kan elektrisch rijden echt wel betaalbaar zijn. Daar hadden we het al over: www.damme.be/nieuwsdetail/6301/betaalbaar-elektrisch-autorijden

Maar er zijn nog meer bezorgdheden: want is zo’n elektrische auto wel geschikt voor verre ritten en om te reizen?

1. Kan ik verre ritten maken?

Autofabrikanten meten het aantal kilometer dat een elektrische auto haalt via een standaard testcyclus (de Worldwide harmonized Light vehicles Test Procedure, afgekort WLTP). In het echt kan het rijbereik van een auto beperkter zijn dan de WLTP-cijfers aangeven, bijvoorbeeld door het extra gewicht van passagiers, door een lage buitentemperatuur en door hoge snelheden.

Het rijbereik is niets om je zorgen over te maken in het dagelijkse verkeer: de meeste middenklasse wagens halen met één batterijlading 300 kilometer of meer. Dat is meestal ruim voldoende voor woon-werkverkeer en dagdagelijkse ritten. Tussendoor is er meer dan tijd genoeg om bij te laden.

Voor wie courant grote afstanden rijdt, zijn er wagens die met één batterijlading 500 kilometer of meer doen. Dat zijn wel vaak duurdere modellen.

Tegelijk, hoe ver één lading reikt, heb je grotendeels zelf in de hand of ‘onder de voet’: snel rijden vreet energie. Het rijbereik op snelwegen kan 20 tot 40 procent lager zijn dan de WLTP-cijfers maar dat hangt toch vooral van jou af: aan 100 km/uur geraak je veel verder dan aan 120 km/uur.

In de winter is het rijbereik lager dan in de zomer: een koude batterij heeft het moeilijker en de elektrische verwarming moet aan. Zo verbruik je meer en dat gaat ten koste van het rijbereik. Wie een garage heeft, kan de auto best binnen laten overnachten, dat maakt al een verschil. Vaak kan je de auto ‘voorverwarmen’ terwijl hij nog aan de thuislader hangt. Je kan jezelf tijdens de rit ook warm houden met zetel- en stuurverwarming, dat is veel zuiniger dan de hele auto opwarmen.

2. Ben ik erg lang onderweg voor een reis?

Wie met de wagen op reis gaat, kiest best een model dat (ultra-)snel kan laden. Aan een geschikte snellaadpaal kan je de batterij tijdens een korte pauze van 10% naar 80% brengen.

Die ‘van 10% naar 80%’ is niet toevallig: 10% is het laatste goede moment om bij te laden, met nog voldoende reserve voor onverwachte wegomleggingen of andere voorvallen. Tot ongeveer 80% gaat snelladen vlot, nadien gaat het geleidelijk trager. Je stopt dus beter de laadbeurt als de batterij voor 80% geladen is.

Wie echt grote afstanden aflegt en onderweg meer dan eens moet bijladen, kiest best een wagen die van 10% naar 80% kan bijladen in een half uur of minder en met minstens 400 kilometer rijbereik volgens de WLTP-norm. Dat gaat zo: bij een lange rit las je best elke 2 uur of 200 kilometer een pauze in. Per 200 kilometer bijladen van 10% naar 80% komt op 70% bijladen per 200 kilometer. Omgerekend is dat 100% lading voor 285 kilometer rijbereik. Plus 40% extra omdat het snelwegverbruik aanzienlijk hoger is, kom je met 400 kilometer rijbereik probleemloos op je bestemming met één stop per 200 kilometer. Ga daar laden waar je niet alleen even de benen kan strekken maar waar je ook iets kan eten of drinken en het toilet gebruiken.

Reizen in de winter kan lastiger zijn. Niet alleen is de actieradius minder, ook snelladen met een koude batterij zal langer duren. Gelukkig bestaat ook daarvoor een oplossing: kies een auto die tijdens de rit de batterij op de ideale temperatuur kan brengen voor de geplande laadbeurt.

Wie een caravan sleept, kiest best een model met voldoende trekvermogen én een groter rijbereik: het slepen kost veel energie met extra laadbeurten tot gevolg. Voor een toch nog behoorlijk groot rijbereik ga je best niet harder rijden dan 80 km/uur.

Fietsen staan het best op een fietsendrager achteraan, fietsen op het dak jagen het verbruik nodeloos op.

3. Zijn er voldoende laadpalen om bij te laden?

Laadpalen voor onderweg en op je bestemming kan je opzoeken: via het navigatiesysteem van de auto of via diverse websites en apps. Volgens het jaarlijkse rapport van gridX waren er eind 2024 al meer dan 1 miljoen publieke laadpunten in Europa. Er zijn wel nog aanzienlijke verschillen tussen de landen.

Meestal gaan we met de auto op reis in eigen land of in onze buurlanden. Daar zijn er, zeker langs de snelwegen, veel (ultra)snellaadpalen te vinden.

Met steeds meer dergelijke snelle en ultrasnelle laadpalen overal in Europa wordt onderweg bijladen elk jaar nog gemakkelijker. Alleen al in 2024 kwamen er meer dan 60 000 dergelijke laadpalen bij.